Rik Torfs kritisch over aanpak coronacrisis: “Zij werden genadeloos afgeslacht”
De coronacrisis lijkt wel over nu iedereen zich opnieuw vrij mag bewegen zonder mondmasker. Wij vroegen aan professor Rik Torfs, voormalig politicus bij cd&v, hoe hij terugkijkt op de pandemie en welke lessen hij zou meenemen naar een eventuele volgende crisisperiode.f
“In het begin van de coronacrisis waren er twee factoren die het moeilijk maakten om een beleid te voeren. Ten eerste een groot gebrek aan kennis over het coronavirus. We hebben gaandeweg veel moeten bijleren”, start Rik Torfs het gesprek met onze redactie.
“Een tweede punt is dat politici in een eerste fase - met toen nog een overgangsregering - nogal snel de beleidsrol hebben overgelaten aan experten. Dat zijn de twee startpunten geweest van de coronacrisis van de eerste maanden. Het begin was moeilijk en onduidelijk.”
“Het valt me wel op dat in een latere fase er een nogal erg eenzijdige inspanning is gedaan naar de virusbestrijding in de strikte zin, waarbij het niet altijd duidelijk was welke maatregelen er nu hielpen en welke niet.”
“Een aantal zaken die ook belangrijk waren heeft men veel minder beklemtoond. Ik denk daarbij aan de opvang van kinderen, de organisatie in scholen, de economie, het mentaal welzijn. Maar ook de juridische omkadering, met de vraag of de genomen maatregelen wel in proportie waren”, verduidelijkt Rik Torfs zijn gedachtegang.
De professor verwijst ook naar de rol van de media. “De pers die normaal een vrij kritische rol speelt, heeft haar taak niet altijd even goed vervuld. De media is vrij kritiekloos meegegaan met het beleid en een aantal mensen die wel kritiek hadden, zijn genadeloos afgeslacht.”
“Ik denk hierbij aan professor Lieven Annemans die toch als wetenschapper een heel goede reputatie heeft, ook internationaal. Hij werd geridiculiseerd en genegeerd. Dat vind ik toch ook wel een minder punt als ik terugkijk op de hele pandemie en de aanpak.”
“Bij een volgende crisis zijn er toch een aantal factoren die men beter sneller zou meenemen in de beleidskeuzes. Ik heb persoonlijk meer begrip voor de aarzelende beginperiode dan de latere fase in de crisis. Achteraf is men toch te laat begonnen om de aanpak te verbreden. Er was volgens mij te weinig openheid van geest en tunnelvisie bij bepaalde mensen.”